Geschiedenis
De Gewestelijke commissie werd opgericht direct na de regionalisering en de uitwerking van de nieuwe Organieke ordonnantie houdende de organisatie van de planning en de stedenbouw (OOPS), van toepassing in het Gewest sinds augustus 1991, om de ruimtelijke ordening te organiseren.
Ze vervangt de Gewestelijke commissie van ruimtelijke ordening (GCRO) wiens takenpakket wordt doorgegeven. Dit pakket wordt hierop door het OOPS uitgebreid tot gewestelijke ontwikkeling.
De Commissie werd op 24 juni 1993 officieel opgericht door Minister-President Charles Picqué en Staatssecretaris Robert Hotyat.
De Commissie is sinds haar creatie samengesteld uit vertegenwoordigers van de verschillende gewestelijke instanties, vertegenwoordigers van de gemeenten en onafhankelijke deskundigen.
Daartoe legden de instanties een dubbele lijst van kandidaten voor aan de regering, die haar keuze maakte. De deskundigen werden rechtstreeks door de regering benoemd. Hierdoor wordt een evenwicht gehouden tussen de verschillende talen en gevoeligheden binnen de GOC. Aanvankelijk waren alle 48 leden effectief, maar later werd het concept van plaatsvervangende leden ingevoerd (één plaatsvervanger voor elk effectief lid).
De Gewestelijke commissie bestaat nu uit 18 onafhankelijke deskundigen die door de regering worden benoemd en waarvan er negen door het parlement van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest worden voorgedragen. Deze deskundigen vertegenwoordigen de volgende disciplines: urbanisme en ruimtelijke ontwikkeling (3), mobiliteit (3), economie (3), milieu (3), huisvesting (2), cultureel erfgoed (1), natuurlijk erfgoed (1) en architectuur (2)